Matti Pitkänen kocht zijn Linssen Grand Sturdy 34.9 AC “TUR 35” via Linssen-dealer Proficon en besloot het jacht zelf vanaf de werf in Nederland naar huis te varen. Op 12 mei 2014 begon de tocht in Maasbracht. Tijdens eerste deel van de reis werd het jacht per vrachtwagen naar Heiligenhafen in Noord-Duitsland gebracht, waar het op 14 mei te water werd gelaten.
De volgende dag sloegen we proviand in en kon de reis echt beginnen. We vertrokken op 15 mei rond het middaguur en voeren even later onder de Fehmarn-brug door. De zachte noordwestenwind zwakte verder af, waarna de rest van de tocht onder een heldere, strakblauwe lucht verder ging over de Baltische Zee. Het was een schitterend gezicht om de bruinvissen vlak naast ons te zien zwemmen in het heldere water.
In enkele dagen tijd voeren we langs de Deense en Zweedse kust noordwaarts. We overnachtten in Ystad, Karlskrona, Kalmar, Oxelösund, Dalarö en Sandhamn. Vandaaruit maakten we de oversteek richting ons thuisland. Op 22 mei - zeven dagen na ons vertrek en na bijna 1.000 kilometer te hebben afgelegd - arriveerden we op het Finse eiland Kökar, midden tussen Finland en Zweden in.
Daarop volgde de volgende etappe in de reis naar Helsinki: een tocht van ongeveer 235 kilometer. De temperatuur steeg en toen we in Helsinki aankwamen, was het een comfortabele 27 graden.
We bleven twee dagen in Helsinki voor wat onderhoudswerkzaamheden en om even bij te komen, maar op 27 mei vertrokken we weer voor het laatste stuk. Dit deel van de reis ging via het Saimaa-kanaal. Dit kanaal begint op Russisch grondgebied en wordt verhuurd aan Finland. De laatste stop vóór Rusland was het eiland Santio. Hier werden we door de Finse grenscontrole geïnspecteerd en werden alle papieren gecontroleerd. De volgende ochtend zouden we de grens overgaan en het kanaal invaren. De zee was bijzonder kalm en het laatste stuk op zee verliep zonder problemen. Voor de invaart bij de sluis in Rusland gooiden we nog even lekker goedkoop de tank vol en werden we door de Russische grenswachten gecontroleerd. Ook dit verliep voorspoedig en al snel konden we doorvaren. Op 30 mei arriveerden we laat in de avond in Lappeenranta na ‘slechts’ 43 km, 8 sluizen en op 76,7 meter boven zeeniveau. De volgende dag werd de allerlaatste etappe naar onze thuishaven Partakoski zonder problemen afgelegd.